Redt Plan Spaargaren het Deltaprogramma ?

In november 2014 nam de Tweede Kamer de motie Geurts aan: Plan Spaargaren, dat de aanleg van zeesluizen in de splitsing van de Oude en Nieuwe Maas omvat en zo de Nieuwe Waterweg aan de oostzijde afsluit, wordt nader onderzocht. Deze maatregel vergroot de waterveiligheid en bezuinigt op de uitgaven, maar is men zich ook bewust dat deze hoofdkeuze grote voordelen heeft voor het hele watersysteem?
Sinds 2008 geeft de Adviesgroep Borm & Huijgens aan dat het afsluiten van de Nieuwe Waterweg de sleutel is tot een klimaatbestendig Nederland en de redding van het Deltaprogramma
.

Deltaprogramma nog altijd onder de maat
Bij gebrek aan een landelijk raamwerk zette de planvorming voor de Zuidwestelijke Delta de overige deelplannen in een vroeg stadium op het verkeerde been. De optelsom van regionale en sectorale deelplannen bleek vervolgens niet het beoogde landelijk totaalplan voor een klimaatbestendig Nederland.

Bestuurders en politici lieten zich teveel sturen door hogere ambtenaren, door uitvoerders en belanghebbenden. Het ontbrak met regelmaat aan onderzoek en onderbouwing.Vaak zijn er besluiten genomen op basis van halve waarheden, met onvoldoende kennis van zaken en door het hanteren van onjuiste doelen. Plannen werden bovendien nogal eens doorgerekend op basis van de meest gunstige prognoses. Zo kreeg duurzaamheid een houdbaarheidsdatum, bleek robuust nogal kwetsbaar en innovatief werd experimenteel. Averechtse projecten die eenmaal op de rails zijn gezet, blijken nauwelijks te stoppen en leiden tot forse kapitaalvernietiging.
Het Deltaprogramma blijft wat betreft waterveiligheid en zoetwatervoorziening ver onder de maat gebleven en is nauwelijks gericht op de lange termijn.

Het Deltaprogramma is dan wel een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de verschillende overheidslagen in Nederland, maar niemand weet meer wie eindverantwoordelijk is. Het programma stoelt op consensus en draagvlak. Men verschuilt zich sinds jaren achter elkaar.
De Nederlandse overheid behoort echter als een goed rentmeester te handelen.

Grootschalige systeemmaatregelen ontbreken
Tot nu toepakte men de landelijke waterproblemen aan met grote waterloopkundige systeemmaatregelen, zoals het graven van de Nieuwe Merwede, de Bergse Maas, het Kanaal bij Pannerden, de Zuiderzeewerken en de Deltawerken.
Hoe gaat het eigenlijk ditmaal? De herijking van de landelijke zoetwaterverdeling, die was gepland van 2009 tot 2015, is nooit doorgezet. Het nu voorgestelde voorzieningenniveau voor zoetwater accepteert bij voorbaat zoetwatertekorten. Meerlaagsveiligheid en overstromingsbestendigheid leggen zich al in zekere mate neer bij komende overstromingen.Tenslotte levert adaptief waterbeleid geen grootschalige systeemmaatregelen en zeker geen lange termijn oplossingen, maar resulteert slechts in een aanpak die veel weg heeft van pleisters plakken. Ondanks alle goede bedoelingen wordt er te weinig voortgang geboekt en langzaamaan zet het Deltaprogramma zich klem.

Zoetwater van levensbelang
Minder dan een tienduizendste van al het water op aarde is zoet oppervlaktewater.
Van dit water in rivieren en meren is veel leven en welvaart afhankelijk.
Het merendeel van het zoet oppervlaktewater gaat in Nederland verloren via de Nieuwe Waterweg met de intentie hiermee het zout terug te dringen. Dit beleid houdt de landelijke zoetwatervoorziening in een wurggreep en maakt van onze overheid de grootste waterverspiller. Met de verwachte afname van minimum rivierafvoeren is deze werkwijze een doodlopende weg. Intussen verzilt Nederland met een tempo van zo’n 10.000 ha per jaar en verslechtert het vestigingsklimaat aanzienlijk.
De waterafhankelijke land– en tuinbouwsectoren leveren nu nog ons grootste exportproduct, met een zeer hoge bijdrage aan het BNP, veel werkgelegenheid en de grootste opbrengst per hectare. Verzilting bedreigt naast deze sectoren eveneens het meest geïndustrialiseerde en dichtstbevolkte deel van het land.
Herziening van de Deltabeslissingen en het Deltaprogramma is uit het oogpunt van waterveiligheid en zoetwatervoorziening dan ook zeer wenselijk.
Laten we dit vooral doen voor het te laat is.

Vooruit verdedigen
De juiste aanpak is een preventief beleid in het verlengde van de Zuiderzeewerken en de Deltawerken. Het wordt hoog tijd dat vakmensen sturing gaan geven aan het Waterschap Nederland en op basis van gericht onderzoek en integrale afwegingen komen tot verantwoorde besluiten.
Vooruit verdedigen met effectieve maatregelen is hard nodig. Elke euro die gebruikt wordt voor verkorting en versterking van de primaire waterkeringen is een optimale investering. Voor de waterveiligheid moet het Waterschap Nederland haar dijkring kunnen sluiten en alleen met druk van zoetwater kan de algehele verzilting teruggedrongen worden.

Zeesluizen voor de Nieuwe Waterweg
Het Plan Spaargaren creëert een omvangrijke zoetwaterbuffer door een einde te maken aan het grootschalig zoetwaterverlies. Alle inlaatpunten voor zoetwater worden veilig gesteld en er komt voldoende zoetwater om de algehele verzilting tegen te gaan en het zout terug te dringen tot zo ver mogelijk tegen de kustlijn. De herijking van de landelijke zoetwaterverdeling wordt een feit. Nederland mag zoet worden en blijven. De oude stadshavens en de rivieren naar de Rijnmond worden zoet en getijloos. De waterhoogte wordt meer beheersbaar. Dit is gunstig voor de diepgang van de scheepvaart en geeft in de benedenrivieren minder schutproblemen.
Ook de rivierwaterveiligheid neemt toe doordat de hoogwaterstanden bij Rotterdam gemiddeld een meter lager uitvallen dan nu. Het omslagpunt van rivieren en zee verplaatst zich van de kwetsbare regio Drechtsteden naar de Zuidwestelijke Delta, een regio met waterbergend vermogen.

De aanvoer van zoetwater naar het zuidwesten betekent naast toename van nutriënten voor de vis- en schaaldiersectoren eveneens een kwaliteitsverbetering van het oppervlaktewater en verhoging van de biodiversiteit door zoetzout overgangen en estuariene dynamiek. Dit alles bevordert ook natuurbeleving en recreatie en met de verruimde mogelijkheden voor vismigratie voldoen we met gemak aan de internationale verplichtingen.
Economie en milieu plukken er de vruchten van. Wanneer alle voordelen van zeesluizen bij de diverse belangenorganisaties bekend zijn, ligt het voor de hand dat deze systeemmaatregel kan rekenen op een breed maatschappelijk draagvlak.
In november 2015 wordt de uitslag van het onderzoek bekend gemaakt. Als alle baten en lange termijn garanties integraal worden meegewogen bij de uiteindelijke beslissing, dan is de kans groot dat het Deltaprogramma, dat we tot nu toe als risicovol en miljardenverslindend beschouwen, gered gaat worden door Plan Spaargaren.

W. Borm Adviesgroep Borm & Huijgens - integraal waterbeheer, oktober 2015

Op de hoogte blijven